Hoe ons bewustzijn werkt

Hoewel het niet ingewikkeld is uit te leggen hoe ons bewustzijn werkt, is het toch knap lastig om dat te herkennen in situaties van alledag. Maar als je het eenmaal ziet, dan zal alles veranderen…

Ons bewustzijn voert elk moment een cyclus van een aantal stappen uit. Soms razendsnel achter elkaar, soms maar heel traag. De meeste stapjes uit deze cycli (en soms zelfs een hele cyclus) gebeuren on- of minder. Dat maakt dat het lastig is te herkennen wat er precies gebeurt: je zal je ervan bewust moeten worden. Bewustwording.

Ik noem deze cyclus ‘AWOEH’, naar de eerste letters van elke stap. Het is geen mooi woord, maar ja, als ik er een ander woord van zou maken, dan komt het niet meer overeen met wat ons bewustzijn precies doet… We doen het er dus maar mee!

A. De eerste stap is Aandacht. Je richt je aandacht ergens op. Soms omdat jij daar voor kiest, soms omdat je zintuigen iets opdringen, soms gewoon onbewust.

W. Met je aandacht doe je een Waarneming. Je ziet, voelt, ruikt, proeft of hoort iets.

O. Over deze waarneming hebt je een Overtuiging. Je gelooft er iets over. Zo’n overtuiging kan van alles zijn: een herinnering, een idee, een gedachte, een oordeel etc.

E. De overtuiging die je gelooft zorgt voor een Ervaring (of een Emotie). Je voelt iets bij je waarneming.

H. Vanuit dat gevoel, de ervaring, ga je Handelen.

En dan begint het circus weer opnieuw. Want zo’n handeling kan zijn dat je aandacht ergens op gaat richten, of dat je iets gaat doen (en daar heb je ook aandacht voor nodig, waardoor je een Waarneming doet etc. etc.).

Een situatie is in principe neutraal. De wereld is. Die klap voelt. Die woorden klinken is. Wat jij over de wereld, die klap, die woorden, whatever gelooft, bepaalt hoe jij de wereld, de klap, de woorden ervaart. En dat is nodig om er voor te zorgen dat je weet (of beter: voelt) wat je er mee moet doen om een fijn en zinvol leven te leven.

Overtuigingen ga je geloven doordat je iets hebt gezien (‘Die man is door een leeuw opgegeten’), ervaren (‘Whoo! Die leeuw had me bijna te pakken, ze zijn gevaarlijk!’), of omdat iemand (die jij vertrouwt) je iets vertelt (‘Een leeuw is gevaarlijk!’). Hoe dan ook: de overtuiging ‘Een leeuw is gevaarlijk’ is een heel helpende overtuiging, want deze overtuiging zorgt er voor dat je je uit de voeten maakt als er een leeuw aan komt. Dat gaat als volgt: je Aandacht wordt getrokken door een brul, je kijkt en neemt een leeuw Waar, je gelooft over die leeuw dat ‘ie gevaarlijk is (Overtuiging) en je sneakt er tussenuit.

Soms ontstaan er ‘bugs’ in je overtuigingen. Je kan namelijk door een ervaring met een leeuw in een bos de overtuiging ‘het bos is een gevaarlijke plek’ gaan geloven. Die helpt op zich ook, want doordat je je bewust bent van gevaar als je in het bos bent, blijf je vanzelf uit de buurt van leeuwen. Maar als je verhuist naar de Veluwe, waar geen leeuwen of andere gevaarlijke dieren wonen, dan zal je je ook daar onrustig voelen, door een gevoel van kwetsbaarheid door de overtuiging ‘het bos is gevaarlijk’. Die overtuiging helpt je nu niet meer. Het zou fijn zijn als je kan stoppen met het geloven van deze overtuiging en dat je er in de plaats voor gaat geloven ‘het bos is een prachtige plek om te zijn’. Want dan ervaar je het bos heel anders!

De stap waar je het meest aan kan ‘sleutelen’ om je fijner en sterker te voelen is de stap ‘Overtuiging’. Als je een overtuiging verandert, dan zal je een situatie anders Ervaren, waardoor je anders gaat Handelen. Het gaat er bij therapie of coachen dan ook om dat je onderzoekt wat je in een niet-helpende situatie geloofde (Overtuiging) en of die overtuiging echt absoluut waar is. Het mooie is dat dat een overtuiging nooit absoluut waar is. Een overtuiging is altijd een toevoeging aan de waarneming, een toevoeging aan de realiteit, en die toevoeging zou jou moeten helpen het goede te doen.

Je hebt honderden miljoenen overtuigingen. Je hebt overal overtuigingen over. Je hebt zelfs overtuigingen over overtuigingen… Het overgrote deel zal jou zeker helpen, maar niet allemaal. Iedereen heeft niet-helpende overtuigingen, want niemand komt ongeschonden diens jeugd uit. Maar hoe vind je die niet-helpende overtuigingen? Heel eenvoudig. Ze bezorgen je een vervelend niet-helpend gevoel, een niet-helpende emotie in een bepaalde situatie. Er is dan niets met jou aan de hand, maar je gelooft iets dat jou op dat moment niet helpt.

Om je overtuigingen te ‘managen’ zijn er drie vaardigheden nodig: het opsporen van een niet-helpende overtuiging, het loslaten ervan en het gaan geloven (creëren) van een nieuwe, zelfgekozen, wel-helpende overtuiging. Deze vaardigheden zijn te leren tijdens de eerste coaching-sessie.

Om te onderzoeken wat je precies geloofde toen je die niet-helpende ervaring had, zal je even naar die niet-helpende ervaring moeten, en die doorvoelen. Wat geloofde je toen? Die ervaring wil jou iets vertellen. Het kan zijn dat die ervaring heel heftig was (trauma) en dat je nu weerstand voelt om dat opnieuw te ervaren. Er zijn allerlei ingangen, maar ook nooduitgangen om in- en uit deze ervaring te gaan als jij besluit dat je dat wilt. Het mooie van zo’n nooduitgang is dat je ervaart dat je geen weerstand meer tegen de overtuiging hoeft te hebben, dat de ervaring je niet weer gaat opslokken. Want jij komt weer aan het roer van jouw eigen leven, jij beslist weer zelf. En die nooduitgang kun je altijd en overal inzetten als jij iets ervaart dat niet helpt!

Als je meer wilt weten over hoe je bewustzijn werkt en welke gereedschappen er zijn om hier actief mee aan de slag te gaan kan je het boek ‘Zwemles‘ lezen of een afspraak maken voor een eerste sessie.